Over mij
- ReizigerC
- Reizen | wandelen | hardlopen | MTB trek- en toertochten | foto's | routes | natuur |lekker eten | werken in het buitenland
zaterdag 23 februari 2013
Welkom
Augustus 2012, 6.05 am. De wekker gaat. Yes! Vandaag de eerste werkdag van mijn nieuwe baan. Op de automatische piloot werk ik snel mijn ochtendprogramma af. Muesli, yoghurt, sapje, douchen, tandenpoetsen, aankleden. Ik ben een echt ochtendmens. Zo lang er niet tegen me gepraat wordt.
Huisgenoot H brengt me vandaag weg in zijn auto, op mijn werk staat namelijk een vette company car op me te wachten. Omdat het vakantietijd is en ook nog heel vroeg, is het stil op de snelweg in Luxemburg. Maar misschien is het hier wel altijd zo stil op de weg, het is per slot van rekening maar een klein landje met niet zo heel veel inwoners. De toekomst zal het leren.
Ruim voor 8 uur wordt ik afgezet bij de ingang van het verzamel-kantoorgebouw waarin het bedrijf is gevestigd waar ik ga werken. Ik pak de lift naar de tweede verdieping, waar de receptie zit. Van de eerdere sollicitatie-bezoeken weet ik dat ik daar eerst een badge moet vragen om op de derde verdieping, waar mijn nieuwe werkgever is gehuisvest, naar binnen te kunnen.
Met de badge in mijn hand kijk ik de gang in op de derde verdieping. Donker. Alle deuren achter de toegangsdeur zijn dicht. En op slot. Er is niemand. Ook de deur van mijn kamer is op slot. Terug naar de receptie dus om een sleutel te vragen.
Eenmaal in mijn kamer probeer ik me een beetje te installeren. Ik plaats wat vakliteratuur in de kasten. Aan de muur hangt een kalender uit 2011. Met de maand mei en een foto van een vetplant op de voorkant. Als ik mijn computer wil aanzetten, blijkt dat er geen toetsenbord is. Ook geen harde schijf, want het scherm doet iets met bewegende kleuren en geeft een boodschap dat er geen video input is. Verder niets. Achter het beeldscherm hangen wat losse kabels, in een knoop, blijkbaar nooit gebruikt. Tja, wat zal ik nu eens gaan doen. Ik pak mijn oude studieboek over internationale contracten uit de kast en ga maar wat lezen. En ik eet de stroopwafels op die ik mee had genomen voor de nieuwe collega's.
Na ruim anderhalf uur hoor ik de toegangsdeur in de gang opengaan. Hé, leven! Er komt een vrolijke jonge dame zich aan mij voorstellen. Zij is de Franse stagiaire die hier twee weken geleden begonnen is. En passant meldt ze dat de chef meestal later op de ochtend pas komt, en dat verder alle andere collega's op vakantie zijn.
Even later komt ze weer terug en brengt ze mij een groot pakket. "Zis zeems to be foh you" en ik krijg een notebook overhandigd. Met haar hulp weet ik het ding aan het beeldscherm te koppelen en opeens ben ik weer aangesloten op de buitenwereld. In outlook blijkt er zelfs een welkomstmail voor me te zijn, met wat urls via welke ik onder andere mijn vakantiedagen kan aanvragen en mijn mail kan openen op verre vliegvelden.
Na nog weer wat tijd aan het boek over de internationale contracten te hebben besteed, gaat opeens de telefoon op mijn bureau. Die doet het blijkbaar! Als ik de hoorn opneem, vallen er wat rubberen brokstukken vanaf. Aan de andere kant van de lijn blijkt mijn nieuwe baas te zitten die ergens in een buitenland is. Hij heet me hartelijk welkom en legt uit waar ik in zijn kamer mijn mobiele telefoon en de sleutel van mijn nieuwe auto kan vinden en waar mijn auto ongeveer staat in de parkeergarage onder het gebouw. Omdat ook zijn kamer op slot is ga ik vandaag voor de derde keer naar de receptie op de tweede verdieping. Onder begeleiding mag ik de kamer openmaken en in de kastjes naar mijn autosleutel en mobiele telefoon zoeken.
Nieuwsgierig naar mijn auto loopt ik de autosleutel indrukkend de parkeergarage in. En na een tijdje gaan er ergens knipperlichten aan. Dat zal m dus wel zijn. Gelukkig, een grijze. Dit is al mijn vierde grijze auto op rij. En er zit ook nog benzine in de tank!
Vele uren later, aan het eind van de dag, besluit ik maar naar huis te gaan. In de parkeergarage stap ik in mijn nieuwe auto en schuif de stoel wat heen en weer. Een beetje onwennig, want nog niet gewend aan de afmetingen van de auto, het aangrijpingspunt van de koppeling en de krappe parkeergarage, rijd ik weg, op zoek naar de uitgang. Buiten gekomen moet ik een steile helling op met aan het einde een slagboom. Daar aangekomen wil ik de handrem aantrekken. Mijn rechterhand grijpt echter in de bekerhouder. Bij de tweede poging zit ik in de asbak. Ondertussen zakt de auto langzaam weer terug de helling af en het zweet breekt me uit. Behalve mijn collega's en het toetsenbord, lijkt ook de handrem te ontbreken. Dan maar veel gas, en met gierende banden rij ik onder de open slagboom door.
Het navigatiesysteem spreekt een soort Prins Bernhard-Nederlands. Ondanks dat, vind ik ik toch schadevrij mijn tijdelijke onderkomen in Duitsland. Als ik in de handleiding van de auto blader, blijkt de handrem niet meer zo'n langwerpige stang te zijn, maar een klein knopje naast de versnellingspook.
Abonneren op:
Posts (Atom)