Het is herfst vandaag. Er staat een stevige zuidwester en de regen varieert van heftig tot douche. Het is geen moment droog. Ik bereid me voor op mijn weekend rondje hardlopen rondom de grote plas: lange tight, lang warmte shirt, regenjack en petje tegen de regen. Lekker hoor, lange mouwen en lange tight, in juli. Het voordeel van herfst in juli is ook dat je nog net geen handschoenen aan hoeft. Als ik de straat uitloop, schamp ik de heg van de buren met mijn rechterbovenbeen waardoor ik direct drijfnat ben. Doet me niks, ik ga hardlopen en ik ga het fijn vinden.
Mijn gebruikelijk rondje plas is veranderd in een stormbaan, in de weerkundige betekenis van het woord. Overal liggen door de storm afgerukte takken. Enkeldiepe plassen over de hele breedte van het pad. Uitwijken naar rechts of links betekent slippend door de blubber. Geeft niks, dit is fijn.
Er scheren zwaluwen rond mijn hoofd. Dat klopt niet met dit weer, die moeten al lang naar het Zuiden zijn vertrokken. Hoewel, als ik naar links kijk, zie ik dat de plas ook nog niet bevroren is.
Na het rondje-plas ga ik niet rechtstreeks naar huis (bah, warm en droog binnen) maar ga ik linksaf het poldertje in (fijn, koud en nat). Het fietspad daar heeft net nieuw asfalt gekregen. Topdrop zwart is het. Het is duidelijk geen zoab want de regen blijft erop liggen en vormt kunstzinnige riviertjes met belletjes. De lagere stukken van het fietspad staan compleet onderwater (want polder?). Op de iets hogere en iets minder natte stukken maken mijn schoenen een piepknerpend geluid, alsof ik over versgevallen sneeuw loop waarover nog niemand heeft gelopen.
Ik ga de winterbanden test doen: vooruit hardlopend en achteruit kijkend of mijn schoenen het asfalt droog lopen. En ja hoor! Ik zie een droge afdruk van mijn schoenen op het asfalt verschijnen. Heel even maar natuurlijk, want het regen direct weer drijfnat. En ik kijk natuurlijk ook maar heel even omdat ik anders achteruit kijkend vooruit de sloot inloop.
Na 49'11" ben ik weer bij de voordeur. Heerlijk. Dat gevoel. Dat gevoel van die stijve kouwe vingers waarmee je je veters niet meer los kan knopen. In juli.
Over mij
- ReizigerC
- Reizen | wandelen | hardlopen | MTB trek- en toertochten | foto's | routes | natuur |lekker eten | werken in het buitenland
zondag 24 juli 2011
maandag 18 juli 2011
Taart op de eenpitsbrander
Deze taart heb ik ooit eens gemaakt in Canada, op een campsite in Mount Robson Provincial Park aan de vooravond van een kampeertrektocht in de bergen. Het recept vond ik in een oude Op Pad. Je hebt nodig: een pannetje met deksel en een eenpitsbrander, of een vuurtje met een laag gloeiende houtskool.
Het is handig een paar dingen thuis voor te bereiden en in de rugzak of fietstas te stoppen, namelijk:
Steek de eenpitsbrander aan of maak het vuur aan en breng het fruitmengsel aan de kook met wat water en eventueel wat honing. Goed laten wellen zodat de boel niet meer taai is. Afgieten en het vocht bewaren, dat kan je namelijk later gebruiken bij het maken van het beslag.
Heb je in de buurt verse bosbessen, bramen of frambozen, pluk daar dan twee volle mokken van, beetje afspoelen en even laten koken.
Vet de pan en de deksel in met wat olie. Doe de helft van het beslag in de pan en bekleed de wanden en de bodem ermee. Leg de vulling erop en dek het af met de rest van het beslag of deeg. Doe de deksel op de pan en zet op de brander of op een (geimproviseerd) roosterje boven het vuur. Na een minuut of 10 - 15 moet de taart stevig worden. Wel af en toe even controleren of het niet te hard gaat. Na een minuut of 20 - 30 is de taart goed. De tijden zijn slechts een richtlijn.
Het is handig een paar dingen thuis voor te bereiden en in de rugzak of fietstas te stoppen, namelijk:
- Meng 100 tot 150 gr tutti frutti met 2 eetlepels vanillesuiker en een halve eetlepel kaneel. (Geen gedroogde banaanschijfjes, dat gaat fout). Doe het in een zipperbag (zo'n plastic zakje met soort ritssluiting);
- Optie 1: meng 125 gr zelfrijzend bakmeel, 30 gr suiker en een snufje zout. Doe in zipperbag;
- Optie 2: doe 200 gr appeltaartmix in een zipperbag ;
Steek de eenpitsbrander aan of maak het vuur aan en breng het fruitmengsel aan de kook met wat water en eventueel wat honing. Goed laten wellen zodat de boel niet meer taai is. Afgieten en het vocht bewaren, dat kan je namelijk later gebruiken bij het maken van het beslag.
Heb je in de buurt verse bosbessen, bramen of frambozen, pluk daar dan twee volle mokken van, beetje afspoelen en even laten koken.
- Optie 1: Meng het zelfrijzend bakmeel met 1 à 1,5 dl water (of afgekoeld kookvocht van de vulling) tot een stevig beslag.
- Optie 2: Kneed deeg van de appelaartmix en een halve dl (maiskiem)-olie.
Vet de pan en de deksel in met wat olie. Doe de helft van het beslag in de pan en bekleed de wanden en de bodem ermee. Leg de vulling erop en dek het af met de rest van het beslag of deeg. Doe de deksel op de pan en zet op de brander of op een (geimproviseerd) roosterje boven het vuur. Na een minuut of 10 - 15 moet de taart stevig worden. Wel af en toe even controleren of het niet te hard gaat. Na een minuut of 20 - 30 is de taart goed. De tijden zijn slechts een richtlijn.
Abonneren op:
Posts (Atom)