Over mij
- ReizigerC
- Reizen | wandelen | hardlopen | MTB trek- en toertochten | foto's | routes | natuur |lekker eten | werken in het buitenland
vrijdag 30 december 2011
Met de 4daagse het jaar uit
Weer: +- 6C, beetje schraal, af en toe zon, af en toe een bui, matige wind. Echt Hollands weer.
Vandaag staat de eerste training voor de 4 daagse op het programma. P en ik gaan een rondje lopen van zo'n 20 kilometer dat ons door het polderlandschap in de nabije omgeving leidt.
We laten al snel de drukte van de woonwijk achter ons en lopen langs een zijtak van de Zijl de stad uit. Hier loop ik ook vaak hard, het is een van mijn favouriete routes. Rust, veel watervogels, een enkele wandelaar met hond, 's zomers ook roeiers. Voordat we naar het noorden afbuigen houden we even een sanitaire stop bij de AC waarna we via de Blauwemolenweg langs de A4 verder gaan. Links van ons is alleen maar weiland, met inderdaad hier en daar een molen. Rechts van ons gaat een snelle trein voorbij, en het snelweg verkeer, maar het grote geluidsscherm houdt het meeste geluid tegen. Door de goeie gesprekken die P en ik hebben, gaan de kilometers ongemerkt voorbij.
Op de kruising met de Zuidweg slaan we naar links af, de lintbebouwing van Rijpwetering in. Op de hoek met de Oud Adeselaan twijfelen we of we een pauzestop bij restaurant Paerdeburgh zullen houden, maar het tempo zit er zo lekker in dat we door gaan. Zonder dit restaurant had ik trouwens niet geweten dat Joop Zoetemelk in Rijpwetering is geboren. Hij staat trots in de tuin. In brons dan.
Hup verder. De Oud Adeselaan brengt ons in Oud Ade. De molen van hier staat fier te draaien.
De Oud Adeselaan gaat over in de Leidseweg, wat betekent dat we weer richting Leiden gaan. We slaan een kleiner polderweggetje in en komen weer in meer bebouwd gebied. Er cirkelen twee roofvogels boven onze hoofden.
Mooi rondje door Hollands polderlandschap. Leuk en gezellig begin van de 4daagse trainingen en een prettige manier om het jaar uit te lopen.
woensdag 28 december 2011
Schoonmaken
Woensdag hardloopdag, onder andere.
Vandaag staat de route naar de molen op het programma, dat is een rondje van een kilometer of 10.
Bij elke stap die ik doe, laat ik een restanje boosheid en opstandigheid achter me. Dat is het fijne van hardlopen, het maakt grote dingen overzichtelijk en het maakt het hoofd lekker helder. De brei die de afgelopen tijd in mijn hoofd zat, waait per afgelegde kilometer weg.
Mijn goede voornemen voor 2012 is schoonmaken. Afstand nemen. Maar ook (opnieuw) verbinden. Samengevat: wederkerigheid.
Ik ga schoon schip maken met zaken die me de afgelopen tijd alleen maar energie hebben gekost, zonder dat het me energie heeft opgeleverd. Zaken waarin ik heb geïnvesteerd zonder dat het me wat bracht. Afstand nemen van zaken die er ongemerkt eigenlijk niet eens meer zijn.
Alleen de gedachte al maakt me een stuk lichter. Het geeft me weer ruimte en energie en aandacht voor nieuwe zaken. Nieuwe zaken die zich voorzichtig aandienen, maar die er zeker zijn.
Het geeft ook ruimte voor zaken die er al waren, en die liggen te wachten tot ik ze eindelijk eens opmerk en waardeer. Zaken die ik heb genegeerd en ontkend.
Er rolt af en toe een traan over mijn wang.
Van verdriet? Nee hoor.
Van vreugde? Ook niet.
Gewoon, door de wind.
Vandaag staat de route naar de molen op het programma, dat is een rondje van een kilometer of 10.
Bij elke stap die ik doe, laat ik een restanje boosheid en opstandigheid achter me. Dat is het fijne van hardlopen, het maakt grote dingen overzichtelijk en het maakt het hoofd lekker helder. De brei die de afgelopen tijd in mijn hoofd zat, waait per afgelegde kilometer weg.
Mijn goede voornemen voor 2012 is schoonmaken. Afstand nemen. Maar ook (opnieuw) verbinden. Samengevat: wederkerigheid.
Ik ga schoon schip maken met zaken die me de afgelopen tijd alleen maar energie hebben gekost, zonder dat het me energie heeft opgeleverd. Zaken waarin ik heb geïnvesteerd zonder dat het me wat bracht. Afstand nemen van zaken die er ongemerkt eigenlijk niet eens meer zijn.
Alleen de gedachte al maakt me een stuk lichter. Het geeft me weer ruimte en energie en aandacht voor nieuwe zaken. Nieuwe zaken die zich voorzichtig aandienen, maar die er zeker zijn.
Het geeft ook ruimte voor zaken die er al waren, en die liggen te wachten tot ik ze eindelijk eens opmerk en waardeer. Zaken die ik heb genegeerd en ontkend.
Er rolt af en toe een traan over mijn wang.
Van verdriet? Nee hoor.
Van vreugde? Ook niet.
Gewoon, door de wind.
vrijdag 23 december 2011
Van zure chocomel en huilende wolven
En dan nu het verhaal bij de foto van de vieze voorruit.
Februari 2005, Yellowstone National Park. Het is rond half 7 's ochtends, en ongeveer -23C. Zwager heeft huilende wolven gehoord. Dat betekent stress. Niet omdat er wolven zijn, maar juist omdat ze er zijn. De wolven zijn zo'n beetje de belangrijkste reden dat we midden in de winter in Yellowstone National Park op ski's en sneeuwschoenen rondbanjeren. Dan is de kans namelijk groot dat je wolven tegenkomt, omdat de prooidieren waarop ze jagen, zoals rendieren, bizons, herten en elanden in de lager gelegen gebieden overwinteren. In de zomer trekken ze weg in de hoger gelegen gebieden.
Yellowstone is het oudste nationale park van de USA (opgericht in 1872), heeft de grootste concentratie van actieve geysers in de wereld (waaronder Old Faithful), is één van de meest geologisch dynamische gebieden ter wereld (lees: heeft een supervulkaan ter grootte van de provincies Utrecht en Zuid Holland, die nu statistisch gezien, na zo'n 640.000 jaar weer eens toe is aan een enorme uitbarsting) en ligt op een gemiddelde hoogte van zo'n 2440 meter. In de winter ligt het park onder een dik pak sneeuw en wordt alleen de noordelijke weg door de Lamar Vally sneeuwvrij gehouden. Als je van het noordelijke gebied naar het westelijke gebied wilt, moet je gebruik maken van een speciaal voertuig met rupsbanden. Verder verplaats je je met cross country ski's of met sneeuwschoenen.
We besluiten het ontbijt over te slaan en rennen met een thermosfles warme chocomel en camera's naar de auto toe. Daar dreigt de voorruit een snel vertrek te verhinderen. Er heeft zich een dikke laag ijs op afgezet. Bij gebrek aan een ijskrabber proberen we met een creditcard wat kijkgaten in de ruit te krassen. Zonder succes. Ondertussen horen we het gehuil van de wolven langzaam wegtrekken en Zwager wordt erg zenuwachtig. Zo dichtbij en dan toch niet zien! Dat mag niet! Tot mijn schrik schroeft Zwager de thermosfles open en gooit de gloeiendhete chocomel over de voorruit, in een poging de boel snel te ontdooien. Zonder succes. Integendeel, de chocomel vriest vast. Gelukkig barst de ruit niet door de temperatuurverschillen. Wat nu? Nu hebben we én geen zicht én geen licht meer in de auto.
We stappen toch maar in, zetten de voorruitverwarming op zijn hoogst en Zwager steekt zijn hoofd uit het zijraam (bij -23C) en rijdt weg. Voor een argeloze voorbijganger moet dit er op zijn minst merkwaardig uitzien. Maar omdat het half 7 in de ochtend is, -23C en we in the middle of nowhere zijn, in een gebied zonder gsm bereik en zonder internet, zijn er weinig argeloze voorbijgangers.
Langzaam ontdooit de smurrie op de voorruit en zakt treurig naar beneden. De ruitenwissers zwiepen de chocoflatsen opzij en we krijgen weer wat zicht. Gelukkig, dan kan het raam ook dicht! Na een tijdje verspreidt zich een zurige lucht in de auto. Mijn vraag aan Zwager hoe lang hij zijn sokken al aan heeft, wordt beantwoord met een vuile blik. De zure lucht wordt sterker en ik krijg lichtelijke braakneigingen. Gelukkig zien we onderweg wolven en kunnen we uitstappen.
Als ik naast de auto sta zie ik dat de chocotroep van de ruit in de luchtroosters en de motorkap is gedropen. Door de warmte is de boel zuur geworden, en de verwarming heeft de zure lucht naar binnen geblazen.
Maar we hebben wel wolven gezien.
dinsdag 20 december 2011
Kuaför
Als we op onze laatste dag in Istanbul langs het piepkleine kapperszaakje op de hoek lopen, staat kapper Mustafa niet in zijn winkeltje. Alle eerdere dagen heeft hij vol enthousiasme H geprobeerd binnen te krijgen om zijn baard te laten scheren. En net nu H naar binnen wil stappen, blijkt hij er niet te zijn.
Maar leerling Hasan herkent ons en roept zijn baas, die om de hoek brandhout aan het verzamelen is. Snel doet Mustafa zijn werkhandschoenen uit en komt met een brede lach binnen. We krijgen thee aangeboden. H mag in de lege stoel plaatsnemen en wordt zorgvuldig ingekwast met een dikke laag scheerschuim. Mustafa doet een nieuw vlijmscherp mesje in de houder en net voordat hij wil gaan scheren, reikt Hasan hem snel zijn bril aan.
Mustafa scheert geconcentreerd en slaat geen plekje over. Als de baard eraf is, giet Hasan kokend water op een handdoek en geeft die aan Mustafa, die het gezicht van H ermee bedt. De kokendhete handdoek doet H van schrik opveren in zijn stoel, maar laat geen brandwonden achter. Na een grondige inspectie smeert Mustafa nog wat Nivea op het gezicht van H.
Hasan wenkt mij en zegt: " You may kiss" en wijst op de gladde wangen van H.
Maar leerling Hasan herkent ons en roept zijn baas, die om de hoek brandhout aan het verzamelen is. Snel doet Mustafa zijn werkhandschoenen uit en komt met een brede lach binnen. We krijgen thee aangeboden. H mag in de lege stoel plaatsnemen en wordt zorgvuldig ingekwast met een dikke laag scheerschuim. Mustafa doet een nieuw vlijmscherp mesje in de houder en net voordat hij wil gaan scheren, reikt Hasan hem snel zijn bril aan.
Mustafa scheert geconcentreerd en slaat geen plekje over. Als de baard eraf is, giet Hasan kokend water op een handdoek en geeft die aan Mustafa, die het gezicht van H ermee bedt. De kokendhete handdoek doet H van schrik opveren in zijn stoel, maar laat geen brandwonden achter. Na een grondige inspectie smeert Mustafa nog wat Nivea op het gezicht van H.
Hasan wenkt mij en zegt: " You may kiss" en wijst op de gladde wangen van H.
zaterdag 17 december 2011
Topkapi en Kapali Çarsi
We verblijven in het Armada Hotel, in het stadsdeel Sultanahmet. Hier liggen de grote trekpleisters van Istanbul: het Topkapi-paleis, de Haghia Sophia, de Blauwe Moskee en de ondergrondse cisternen. Het Topkapi paleis (1465) was lange tijd de residentie van de Osmaanse sultan in Istanbul. Het bestaat uit vier verschillende hoven met daarin weer gebouwen zoals een bakkerij, paardenstallen en een harem. Vanuit de oostkant heb je een prachtig uitzicht op de Bosporus.
Na de relatieve rust van het Topkapi paleis lopen we naar de Kapali Çarsi, de overdekte bazaar in de Bazaarwijk. Het is een wirwar van straatjes, steegjes en pleintjes. Er zijn hele straten met zilveren sieraden, gouden sieraden, pashmina's, tapijten, kussens of schoonmaakartikelen, geweldig! De sfeer is heel oriëntaals en zeer gemoedelijk. Hier heb ik langer voor nodig dan één middag..........
donderdag 15 december 2011
Citytrip
Voor deze trip geen lichtgewicht kleding en verplicht minder van weinig meenemen. Deze keer mogen dikke truien mee, zelfs hoge hakken! En omdat er niets in fietstassen of rugzak hoeft te worden gepropt, is er ook geen pakstress. En, nog leuker, er is ruimte in de tas voor meer spullen mee terug, dan heen!
Abonneren op:
Posts (Atom)